Columns

Heeft partner van gehandicapte ook ‘tijd zat?’

15 juni 2014, Supportbeurs

Mijn vorige column ging over het vooroordeel dat gehandicapten ‘tijd zat’ hebben. Aan de hand van mijn dagelijks leven, liet ik zien dat het extra werk door een chronische ziekte en/of handicap, overeenkomt met een deeltijdbaantje.

Lezers herkenden zich erin en reageerden. SupportBeurs.nl plaatste een bloemlezing.

Deze keer gaat het over de partner van een gehandicapte. Ik hou het even bij een man / vrouw / gezin situatie, maar u mag varianten invullen. Voor de strekking van het verhaal maakt het niet uit.

Als de vrouw geen baantje heeft en haar partner niet ernstig gehandicapt is, dreigt al een vooroordeel. Zij heeft het redelijk ‘gemakkelijk?’ Nee! De extra klusjes rond haar partner lopen vaak behoorlijk op.

Persoonlijke verzorging, achter- of naast de rolstoel lopen, dat ziet de buitenwereld wel. Maar haar dagelijks leven zit vol met ongezien extra werk.

Een paar voorbeelden, uit mijn eigen historie.

Atijd sterk en veerkrachtig moeten zijn
In een goede relatie vang je elkáár op. Maar bij een chronisch zieke partner liggen de verhoudingen weleens scheef. Dat geldt ook voor mantelzorgers van bijvoorbeeld een dementerend familielid.

Tien jaar geleden had ik een ernstige Hepatitus, opgelopen door een medicijn bereid uit besmet bloed. Ik werd behandeld met giftige goedjes, net zoals bij een chemokuur.

Ik was niet alleen ziek, maar ook onuitstaanbaar. De medicatie had namelijk invloed op je psyche. Terwijl ik normaal een goedzak ben (ja, echt waar 😉 werd ik destijds al om een kleinigheid pisnijdig.

Als ik bijvoorbeeld zag dat een ‘gezonde’ automobilist op een invalidenparkeerplaats ging staan, dan ging ik er naar toe en boorde hem (over the top) met woorden totaal de grond in.

Thuis was ik, voorzichtig gezegd, prikkelbaar.

Vrouw en kinderen gingen er wijs mee om. Ik genas, mijn normale karakter keerde terug, maar een jaar lang hebben zij het óók moeilijk gehad.

Altijd extra klusjes in huis
Het traditionele rollenpatroon is bijvoorbeeld; ‘vrouw doet de was, man boort een gat in de muur.’ Ik heb twee linkerhanden (nee, da’s niet mijn handicap) maar ik kan het lichamelijk ook niet. Omdat we geen geld hadden om alles te láten doen, nam eega dat over. Zij werd –letterlijk- een huis-tuin-en keuken klusjesman/vrouw.

Hulp van familie of een aardige buurman? Hadden we niet en dat werkt ook niet zo. Als we gewacht hadden tot zij tijd hadden, was ons huis net zo gehandicapt als ik geworden.

Het voorbeeld van huisvuil naar de container brengen, dat begrijpt iedereen wel. Maar het omvat veel meer.

De typische ‘vader dingetjes’
Pa en Ma met twee kinderen. Te klein om zelf een lekke fietsband te plakken. Wie doet dat dan? Pa toch? Bij ons Ma. Gauw de kinderen leren om het zelf te doen. Maar Ma was jarenlang de klos voor allerlei klusjes voor de kids.

Begrijp me goed, gehandicapten zijn net zo goed fijne partners en vaders.

Ze gaan compenseren en aanvullen op andere gebieden.
Maar toch… Hulde voor de bikkels die een gehandicapte partner hebben!

Bekijk & lees alle columns door Kees de Jager

Ook interessant