Leren participeren

Heeft u mijn vorige column voor Supportbeurs.nl gelezen, dan weet u inmiddels dat ik van fietsen houd, me inzet voor een fietsvierdaagse en dat ik genomineerd ben voor de Gouden Venus van Milo 2018. Daar zal deze column dan ook niet over gaan.
Wel over participatie; van grote waarde en groot belang.
De week voor ‘mijn’ fietsvierdaagse was de Nijmeegse Vierdaagse. Een wandelvierdaagse, een groot en groots evenement van meer dan 40.000 deelnemers, waaronder een kleine groep rolstoelers. Mooi!
Minder mooi was dat er onvoldoende toiletten beschikbaar waren voor rolstoelers. Nog minder mooi – vond ik – was het om te lezen dat ‘rolstoelers dreigen Vierdaagse voor het gerecht te slepen’[1].
Asjemenou!!! Het gaf me een vreemd gevoel: als organisatie werk je je uit de naad, je ziet een – niet onbelangrijk – detail over het hoofd en vervolgens wordt er gedreigd met een rechtszaak.
Ik kreeg er een beetje buikpijn en een ongemakkelijk gevoel van, als lid van de organisatie van de fietsvierdaagse. Die hadden we juist een beetje toegankelijker gemaakt, met aanpassingen voor mindervalide fietsers, scootmobielers, duo- en rolstoelfietsers en dergelijke. Stel je voor dat er iemand zou dreigen met een rechtszaak, terwijl we juist zo verschrikkelijk hard ons best hadden gedaan.
Er kwam een telefoontje van een mindervalide deelnemer. Of ik kon vertellen hoe de toiletvoorzieningen waren onderweg. Ik moest bekennen dat ik het niet wist. Klinkt misschien raar, maar het was wel waar. Gelukkig nam de mindervalide deelnemer mij dat niet kwalijk: “Oh, als u dan even de halteplekken doorgeeft, zoek ik dat zelf wel even uit. ’t Is al fantastisch dat ik mee kan doen.” Gelukkig, geen dreigementen.
Terug naar de Nijmeegse Vierdaagse, waarvan de organisatie helaas niet aan de rolstoeltoegankelijke toiletten had gedacht. Daar kun je van alles van vinden, daar kun je boos om worden, daar kun je om dreigen met een rechtszaak.
Je kunt als rolstoeler ook je hand in eigen boezem steken en bij jezelf nagaan wat jij eraan hebt gedaan om te zorgen dat alles goed geregeld was. Zoals die mindervalide fietser bij de fietsvierdaagse, die zelf initiatief nam en in actie kwam.
‘We’ hebben recht op een toegankelijke maatschappij; ‘we’ hebben het recht om mee te doen. Bij rechten horen plichten. In dit geval ‘meedenken met de organisatie’. Want als je zelf gezond bent, recht van lijf en leden, dan heb je geen weet van de zaken waar een rolstoeler tegenaan rolt, zoals de noodzaak van een aangepast toilet. En al zijn ‘wij’ om een of andere reden beperkt, dat betekent niet dat ‘wij’ alles op een presenteerblaadje aangereikt moeten krijgen. Participeren betekent meedoen, je steentje bijdragen. Ook als je een beperking hebt!
Participeren moeten we met ons allen leren. ‘Wij’ en ‘zij’. ‘Zij’ weten niet zonder meer wat ‘wij’ nodig hebben. Daarom mogen ‘zij’ van ons verwachten dat ‘wij’ meedenken. Als iedereen meedenkt, kan na verloop van tijd iedereen meedoen. Dan ontstaat de participatie waar iedereen recht op heeft; dan pas realiseren we met ons allen – ‘wij’ en ‘zij’ – een echte ‘samen’leving.
[1] https://www.gelderlander.nl/vierdaagse/rolstoelers…
Bekijk & lees alle columns door Else Klomps.
Bron foto’s: Ivo Antonie de Rooij / Shutterstock.com