Columns

Leren van vallen en opstaan

11 augustus 2014, Supportbeurs

Van buitenaf kun je zien dat ik een handicap heb. Mijn elektrische rolstoel windt er geen doekjes om. Ook mijn iets scheefstaande handen en de hulp die ik nodig heb, laten zien dat ik anders functioneer. Maar van binnen voel ik mij niet gehandicapt en zo gedraag ik mij liever ook niet. Dus doe ik graag mee aan de reguliere activiteiten. Zo ook deze keer.

Mijn vriendin en ik zijn al vroeg wakker. Vandaag hebben we familiedag! Het is in Roermond, dus het is een hele reis. De familiedag vindt plaats op een scoutingterrein waar ook de paarden van een oom staan te grazen in een afgebakend stukje weiland. Vorige keer gingen er een paar mensen te paard mee tijdens een grote wandeling door het bos. Destijds zat mijn rolstoel om de haverklap vast in het zand. Ik besloot dus de volgende keer ook te paard gaan. Tenslotte rijd ik vaker zelfstandig paard op een aangepaste manege.

Vandaag is het dus zover. We komen al vroeg aan en zijn een van de eersten. Het is een fijne plek en de paarden staan er ook weer gezellig bij! Al snel komen er meer familieleden en zijn we compleet voor koffie, thee en taart. Het is altijd gezellig om iedereen weer te zien. Een lieve familie! We kletsen even bij en dan gaat iedereen aan de slag met het borstelen van de paarden, waarna ze opgezadeld worden.

Het paard waar ik op mag rijden heeft een rustige loopbeweging is mij verteld, dus dat zit wel goed. Ik word door twee man sterk op het paard getild en mijn vriendin “kneedt” mij in een goede zithouding. Aan het zadel wordt een handvat gemaakt zodat ik mezelf goed vast kan houden en mijn voeten steunen netjes in de stijgbeugels. Mijn paard wordt geleid, dus ik hoef mezelf alleen rechtop te houden. Aan de rechterkant loopt mijn vriendin mee. In het begin met haar arm over mijn been, tot ik gewend ben aan de beweging. Na ongeveer 500 meter denk ik dat ik stevig genoeg zit. Mijn vriendin laat me los en het gaat goed! Na een paar meter wil ik gaan verzitten en gebruik het spasme in mijn rechter been om me af te zetten in de stijgbeugel. Op hetzelfde moment verstapt het paard zich aan de linker voorkant waardoor het verzitten versneld gaat. Mijn been kan ik niet meer op tijd ontspannen en voor ik het weet plof ik met een doffe klap op grond. Het eerste wat ik me bedenk is dat mijn hoofd niet ernstig pijn doet. Wel voel ik stevige pijn in mijn schouder. Eerst wil ik bij de hoeven van het paard weg. Hij stopte weliswaar direct, maar je weet maar nooit. Bovendien liepen er nog meer paarden achter mij en ben ik bang dat er eentje over me heen zal lopen. Mijn vriendin gaat snel mijn rolstoel halen, terug het paard op lijkt me niet verstandig.

Eenmaal weer in mijn rolstoel voel ik mij meteen een stuk beter doordat ik weer mobiel ben. Ik mankeer naast een geschaafde schouder en een flink geschrokken lijf gelukkig niets. Best knap voor iemand die zichzelf niet kan opvangen en als een zak zand gevallen is van een behoorlijke hoogte.

De rest van de boswandeling ga ik te rolstoel (lees: te voet) verder en voel me totaal niet gehandicapt in vergelijking met het moment dat ik op de grond lag. De rest van de dag is super gezellig! Iedereen heeft wat te eten meegenomen wat we met z’n alleen gezellig neerzetten en opeten.

Nu begrijp ik waarom er speciale maneges bestaan en ik zal het niet nog eens in mijn hoofd halen op een “gewoon” paard te rijden. Ik leerde altijd al van vallen en opstaan en kreeg daar ook de ruimte voor van mijn ouders. Dit keer nam ik het wel heel letterlijk. Maar ook vallen is een ervaring die mij een “gewoon” gevoel geeft. Een “gewoon” gevoel geeft mij kracht. Josje’s kracht.

Bekijk & lees alle columns door Josje Hillenaar

Ook interessant