Oost west thuis best
De afgelopen maanden baal ik soms best van Nederland. Alle veranderingen in de zorg; Zvw, Wmo of toch Wlz, contracten voor de derde keer naar de SVB sturen, CIZ die voor een indicatie weer om een brief van een specialist vraagt, want stel je voor dat ik opeens lange armen en benen heb gekregen sinds vorig jaar.
Ik was blij dat ik Nederland even voor een paar dagen kon ontvluchten. Ik ging naar Duitsland voor een EU project over inclusie. We waren de goed toegankelijke bus nog nauwelijks uit en ik ontdekte al dat het hier ook niet alles is. In Nederland schieten we op dit moment flink door in regeltjes en starheid, maar mijn hemel; Duitsland spant de kroon.
Met mijn hulphond Santi werd ik meteen al in de supermarkt geweigerd en de volgende dag in het restaurant van de gemeente, waar we op uitnodiging waren, en zelfs in de kerk. Na een uitleg van iedere keer minimaal een kwartier, waarbij ik het identiteitspasje van Hulphondenschool de CLiCK moest tonen, werden we – op het restaurant na – toch overal schoorvoetend toegelaten.
De volgende dag gingen we naar het goed toegankelijke zwembad. We hadden net lekker een plekje in de schaduw gevonden, komt er een dame aangesneld. ‘Honden zijn hier verboden!’ Ik stak weer mijn riedeltje af over dat het een hulphond is enzovoort, maar ‘nee’ de hond moest maar buiten wachten, want… (daar komt ie) stel je voor dat buurtbewoners morgen ook met hun hond naar binnen willen. Ik werd woest. Ik keek haar aan en zei: “Ik weeg 250 kilogram, doe vooral je best om me eruit te zetten. Santi en ik gaan nergens heen, zij helpt me uit de kleren en gaat netjes liggen wachten en ik ga zwemmen. Blijf je er problemen mee houden, dan haal je de burgemeester er maar bij, kan hij meteen zien hoe het gaat met de INCLUSIE in zijn stad. Ze droop af, samen met haar twee lifeguards. Het ergste is dat zij, met nog een aantal medewerkers, op een meter of zes afstand op haar gemak ging kijken hoe Santi mijn jurkje uittrok. Ik heb een paar baantjes extra moeten trekken om mijn woede af te reageren.
Dat mensen het begrip hulp- of assistentiehond niet kennen en daar iets over willen vragen, vind ik niet altijd fijn (het liefst wil ik gewoon anoniem kunnen gaan en staan), maar wel begrijpelijk. Echter de houding van deze Duitse mensen frustreerde me enorm. Ze vroegen niets, maar oordeelden meteen en keken me aan met een blik alsof ik niet thuishoor in deze samenleving. En niet alleen bij mij, ook een oudere man op de fiets werd boos aangekeken door voorbijgangers en zelfs uitgejouwd omdat hij niet hard genoeg fietste. Vreselijk gewoon.
Ondanks dat het weer heerlijk was, de stad – op wat kinderkopjes na – best goed toegankelijk was en het gezelschap aangenaam, ben ik erg blij dat ik weer gewoon in Nederland ben. Ik voel me hier thuis. Los van alle bureaucratie, geven de buurt waarin we wonen, Uitgeverij Lakerveld waarvoor ik werk en vele bekenden en onbekenden me het gevoel dat ik mag zijn wie ik ben.
Dank jullie wel lieve medelanders voor dit fijne en inclusieve gevoel!
Bekijk & lees alle columns door Monique Wijnen (hoofdredacteur Support Magazine)