Wat weet ik allemaal wel niet?
Het is stil op deze zaterdag in de Hogeschool Utrecht. Studenten hebben op zaterdag ook wel wat anders te doen dan studeren. Maar is daar achteraan in de gang niet toch wat te horen? Ja, in lokaal 1.09 vliegen de pennen over het papier. Die pennen zijn van de vrijwilligers van de BOSK die op deze kaderdag meedoen aan de workshop over ervaringskennis. Wat weten zij allemaal wel niet?
Bij de uitwisseling vliegen de mooie voorbeelden in ’t rond. Een jonge man met cerebrale parese vertelt dat hij moet knokken om zijn rijbewijs te halen. De vader van een meervoudig gehandicapte vertelt hoeveel indruk het op hem heeft gemaakt dat hij op de Support Beurs als loper in de minderheid is. Zo voelen mensen in een rolstoel zich dus altijd.
Uit het delen van de ervaringskennis blijkt ook dat je niet ontkomt onmacht, frustraties, verdriet en al die andere lastige emoties waar de meeste mensen met een grote boog omheen lopen. ‘Bij het eerste schaatsweer zei ik tegen mijn zoon: ‘Hoera, dat wordt weer schaatsen.’ Toen zag ik in de spiegel het gezicht van mijn zoon betrekken. Hij zal immers nooit kunnen schaatsen.’ De vrouw naast hem reageert met: ‘Die pijn slijt. En ik kan het weten, want ik leef al meer dan 40 jaar met een lastig lichaam.’ De jonge man die zijn rijbewijs aan het halen is, krijgt van een andere deelnemer het advies om ijzerenheinig door te gaan. ‘Dat heb ik ook gedaan en nu heb ik mijn rijbewijs op zak.’ Ervaringsdeskundigen weten dus ook als geen ander hoe je steun kunt geven.
Ervaringskennis bestrijkt een breed terrein. De indeling van de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) in stoornis, beperking en handicap is een mooie kapstok om ervaringskennis te ordenen. Hier is nog meer over te zeggen, maar de borrel, mét bitterballen, lonkt. Ervaringswerkers, ’t zijn soms net gewone studenten!
Column door Heleen van Tilburg