Nieuws

Hervorming zorg leidt tot schrijnende toestanden

17 augustus 2017, Supportbeurs

Na de ‘Grote Hervorming’ zou de zorg beter georganiseerd worden, de kwaliteit van de zorg erop vooruitgaan, de mens centraal staan en er meer maatwerk komen. Dat was de belofte die staatssecretaris Van Rijn deed toen hij zijn plannen in 2013 ontvouwde. Nu, tweeënhalf jaar na de invoering van het hervormde zorgstelsel, blijkt de praktijk héél anders dan wat werd voorgespiegeld.

De zorg na de hervorming: minder complex en persoonlijker?

De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), die al uit 1968 dateerde, werd met de hervorming van Van Rijn opgedeeld in vier wetten: de Wet Langdurige Zorg (WLZ), de Zorgverzekeringswet, de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en de Jeugdwet. Op papier werd een overzichtelijk traject uiteengezet: de gemeenten regelen de persoonlijke, lichte(re) hulp (WMO en Jeugdzorg); de zorgverzekeraar neemt de wat zwaardere zorg voor zijn rekening (Zorgverzekeringswet) en de Rijksoverheid blijft verantwoordelijk voor wie intensieve ’24-uurszorg’ nodig heeft (WLZ).

Het zou niet nodig hoeven zijn dat ik de rol van smeerolie vervul, maar om hulp te vinden, moeten mensen digitaal vaardig zijn en soms een berg formulieren invullen. Mensen worden overschat. Je moet mondig zijn om hulp te krijgen. Soms hoor ik in de wijk: ik ga het niet eens proberen. Er wordt veel van mensen gevraagd en vaak weten ze niet wat hun rechten zijn. Ze krijgen het gevoel er niet meer bij te horen, dat doet wat met hun zelfbeeld”, verklaart ze aan de Groene Amsterdammer. “Als je hoogopgeleid bent, dan kom je er wel. Mensen die niet assertief zijn modderen maar wat door in hun eentje. Dan is het op papier en in de statistieken opgelost, ja, maar in de werkelijkheid niet”, verduidelijkt Antoinette Meys van patiëntenorganisatie Zorgbelang Gelderland/Utrecht. Dat het huidige zorgstelsel als te ingewikkeld wordt bevonden, was ook al de conclusie van het .

Ook voor mij is het een hell of a job om er wegwijs uit te worden. Elke gemeente heeft weer andere regelingen. En als je maar iets verkeerds invult, ben je meteen eindeloos veel verder van huis Steeds meer organisaties, verzorgers en zorgprofessionals luiden de alarmbel. Volgens twee derde van de jeugdpsychiaters is in de afgelopen jaren de kwaliteit van de zorg afgekomen en gaat de zorg gebukt onder bureaucratie. Het Leger des Heils kreeg in 2016 25 procent meer jongeren over de vloer en wijst hiervoor de bezuinigingen in de psychiatrie en de jeugdzorg als schuldige aan. Uit een enquête van de Landelijke Huisartsen Vereniging blijkt dat 40 procent van de huisartsen hun patiënten nergens meer kwijt kunnen en dat een overzichtelijk systeem ontbreekt.

De grenzen van de inclusieve participatiesamenleving

Eén van de toverwoorden van Kabinet Rutte II was ‘participatiesamenleving’. Een betrokken samenleving waaraan iedereen kan participeren is een samenleving waar mensen weer meer oog hebben voor elkaar en meer voor elkaar willen doen. Het bleek voor de politici echter hét excuus om flinke bezuinigingen in de zorg door te voeren en steeds meer werk in de schoenen van mantelzorgers en vrijwilligers te schuiven, zodat geld op professionele zorg bespaard wordt.

Op papier is alles voorzien. Er zijn keukentafelgesprekken zodat de ambtenaar van de gemeente in de beste oplossing ‘op maat’ voorziet. Er is respijtzorg en steunpunten voor mantelzorgers om de extra zorgbelasting draaglijk te houden. Maar ook hier wijst de praktijk weer heel anders uit. Uit onderzoek van het Adviescollege Toetsing Regeldruk blijkt dat één op de drie keukentafelgesprekken niet eens gevoerd wordt en dat de bureaucratie in plaats van af- juist is toegenomen. Ondertussen worden mantelzorgers en vrijwilligers vaak overbelast Vrijwilliger André Zandbelt vertelt hierover aan De Groene Amsterdammer: “Het is bijvoorbeeld heel lastig om überhaupt een indicatie te krijgen voor dagbesteding. En ook het lijstje dat ik meegeef met instellingen voor respijtzorg, wordt almaar korter Volgens recent onderzoek van VUmc heeft bijna 40 procent van de in totaal 610.000 mantelzorgers die langer dan drie maanden meer dan acht uur per dag verplegen, last van depressie; één op de twintig overweegt wel eens zelfmoord. Driekwart van de mantelzorgers wil graag een beroep kunnen doen op respijtzorg De door Van Rijn beloofde extra wijkverpleegkundigen zijn er nooit gekomen. Mantelzorgers hebben het zwaar, maar krijgen ondanks tal van noodsignalen alleen maar meer taken op hun bord. Bovendien wordt nu ook vaak op de coördinatie van vrijwilligers bezuinigd, waardoor een gebrek aan kwalitatieve begeleiding voor vrijwilligers ontstaat.

“Wat eerst wel kon in de zorg, kan nu niet meer”

Voor veel zorgbehoevenden is het onduidelijk op welke zorg en hulp ze recht hebben en ze verkeren dan ook in grote onzekerheid. Het feit dat instanties als een gek naar elkaar verwijzen en er steeds gevochten wordt om potjes met geld, maakt de situatie er niet beter op.

Het is een grote poppenkast. De zorg is volkomen juridisch geworden. Als patiënt ben je een afvinklijstje. Heb je zeven punten wel, maar één niet, dan val je af”, verzuchtte mantelzorger Jan Gladbeek.

Ook interessant