Overheid moet verplicht banen creëren voor arbeidsgehandicapten

Op Prinsjesdag waren er veel positieve geluiden: meer mensen hebben een baan, de woningmarkt herstelt zich, ondernemers investeren weer, de schatkist is gezond en de economie groeit. Terwijl de meerderheid van de Nederlanders volgend jaar iets meer te besteden heeft, merkt niet iedereen in zijn/haar dagelijkse leven dat heb beter gaat.
Vanaf 1 januari 2018 wordt bijvoorbeeld de groep jong arbeidsgehandicapten (Wajong), die wel kunnen werken maar (nog) geen baan hebben gevonden, gekort op hun uitkering. Ze ontvangen dan nog maximaal 70 procent (in plaats van 75 procent) van het wettelijk minimumloon. Naar schatting voelen enkele tienduizenden Wajongeren dit direct. Een passende baan vinden wordt voor jong arbeidsgehandicapten dus nóg belangrijker dan voorheen. In dat licht is het verplichte quotum dat (demissionair) staatssecretaris Jetta Klijnsma heeft ingesteld voor overheidsorganisaties een goed signaal. Overheidswerkgevers moeten nu verplicht banen creëren voor mensen met een arbeidshandicap.
Quotum moet achterstand van mensen met een beperking op arbeidsmarkt verkleinen
In het sociaal akkoord van 2013 werd afgesproken dat er tegen 2026 in totaal 125.000 extra banen voor mensen met een arbeidshandicap gecreëerd moesten worden: 100.000 bij het bedrijfsleven en 25.000 bij overheden. In tegenstelling tot het bedrijfsleven, slaagde de publieke sector er jaar na jaar niet in om de tussentijdse doelstellingen te behalen. De teller staat op slechts 3.597 van de beoogde 6.500 banen voor arbeidsgehandicapten, die nu al gerealiseerd hadden moeten zijn.
Staatssecretaris Klijnsma dreigde al eerder met activering van het quotum voor overheidsorganisaties en heeft nu de daad bij het woord gevoegd. Dit ondanks de lobby en de kritiek van het Verbond van Sectorwerkgevers Overheid (VSO), dat de banenafspraak voor gehandicapten ‘oneerlijk’ is wat betreft aantal en tijdsbestek. De invoering van het quotum heeft als gevolg dat alle werkgevers in de publieke sector met 25 of meer werknemers, meer banen voor arbeidsgehandicapten moeten realiseren om het uiteindelijke doel van 25.000 extra banen in 2023 te behalen. Voor elke niet-ingevulde baan moeten deze overheidswerkgevers 5.000 euro boete betalen. “Het quotum is een goede stok achter de deur om de enorme achterstand van mensen met een beperking op de arbeidsmarkt te verkleinen”, reageert Ieder(in) verheugd.
Druk wordt opgevoerd om arbeidsgehandicapten te laten instromen
Staatssecretaris Klijnsma zegt erg teleurgesteld te zijn in het feit dat de overheden hun doelstellingen niet hebben gehaald. De overheid heeft een voorbeeldfunctie en is volgens het VN-Verdrag verplicht om banen te realiseren voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Met de invoering van het quotum wordt de druk direct opgevoerd. In plaats van dat vroeger bekend werd gemaakt welke sectoren en departementen tekortschoten, zal nu per individuele werkgever duidelijk worden hoeveel banen voor mensen met een arbeidshandicap er (niet) gerealiseerd zijn.
Klijnsma heeft wel oog voor overheidswerkgevers die welwillend zijn, maar het, onder andere door de bezuinigingen, een moeilijke opdracht vinden om het afgesproken aantal banen te creëren. Daarom worden de boetes pas vanaf 2020 opgelegd; een jaar later dan oorspronkelijk was afgesproken. Ook heeft ze aan demissionair minister Plasterk van Binnenlandse Zaken gevraagd om samen met de koepel van alle overheidswerkgevers een plan van aanpak op te stellen om de inhaalslag mogelijk te maken. Ze stelt voor om ervaringsdeskundige ambassadeurs aan te trekken, die de overheidsdiensten ondersteunen om van de instroom van mensen met een arbeidshandicap prioriteit te maken.
Ook heeft het kabinet toegezegd nog eens te kijken naar de definitie van de doelgroep arbeidsgehandicapten. Deze zou volgens de VSO, maar ook volgens bijvoorbeeld Aart van der Gaag, commissaris en ambassadeur van ‘100.000 banen’, te beperkt zijn.