Studietoeslag 300 euro per maand voor studenten met beperking

Studeren kost (veel) geld. Naast het collegegeld en de kosten voor je studieboeken en -benodigdheden, komen er vaak nog kosten voor (zorg)verzekering, kleding en schoenen, boodschappen, telefonie, vervoer enz. bij. Woon je op jezelf of ga je op kamers, dan komen er nog huur en vaste kosten bij. Geen wonder dat veel studenten een bijbaantje (of soms zelfs een paar) hebben. Maar als je vanwege een functiebeperking naast je studie niet kunt bijverdienen, dan is een studietoeslag zeer welkom.
Groot verschil in gemeentelijke studietoelage voor studenten met een beperking
Tot 2015 kon je onder de studieregeling Wajong2010 als student met een functiebeperking via uitkeringsinstantie UWV een kwart van het minimumjeugdloon als studietoeslag krijgen. Als 18-jarige student betekende dat je 187 euro bruto per maand ontving; als 23-jarige student ruim 400 euro bruto. Maar sinds de invoering van de Participatiewet in 2015 moet je als student zelf bij de gemeente waar je woont aankloppen. Ook werd een extra voorwaarde ingesteld: je moest als student vanwege je beperking zelf niet kunnen bijverdienen / niet in staat zijn om het volledige minimumloon te verdienen.
Net zoals dat gaat in de Wmo, hebben gemeenten de vrijheid om zelf te bepalen hoe hoog de studietoeslag is. Ze kunnen de hoogte ook laten afhangen van de hoeveelheid spaargeld (je mag maximaal 6.000 euro spaargeld hebben) en van je gezinssamenstelling (woon je samen, heb je kinderen,…). En dat kan tot enorme verschillen leiden, zo bleek uit verschillende onderzoeken. Zo ook onder meer uit het onderzoek van de Landelijke Studentenvakbond en CNV-jongeren uit 2018.
In Heerlen kreeg je in 2018 bijvoorbeeld slechts 31 euro per maand; in Zwolle was dat bedrag het tienvoudige: 310 euro. In Utrecht kreeg je 100 euro; Rotterdam zat met 175 euro boven het gemiddelde. Eerlijk is dat niet. En bovendien zijn de meeste bedragen ruim onvoldoende. De vakbonden vinden dat gehandicapte studenten zo’n 282 euro per maand zouden moeten krijgen; een kwart van het gemiddelde minimumloon. Ook pleiten de vakbonden ervoor om het leeftijdscriterium los te laten: een 18-jarige student heeft namelijk even hoge kosten als een 22-jarige student.
Eén en dezelfde studietoeslag
De oproepen en acties van de vakbonden hebben gehoor gekregen bij verschillende partijen. D66, CDA, GroenLinks en 50Plus dienden een motie in om studenten met een handicap in aanmerking te laten komen voor een gelijke studietoeslag, die van een vergelijkbare hoogte is als de Wajong 2010. Bij voorkeur wilden ze dat de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), in plaats van de gemeenten, deze studietoeslag zou uitkeren.
Staatssecretaris Tamara van Ark heeft nu in een Kamerbrief van 8 juli 2019 aangekondigd dat studenten, die vanwege hun medische beperking niet kunnen bijverdienen naast hun studie, straks rond de 300 euro per maand studietoeslag ontvangen. Het blijven echter wel de gemeenten die verantwoordelijk zijn voor de beoordeling van de aanvraag en uitkering van de studietoeslag. Dit komt enerzijds omdat DUO momenteel onvoldoende capaciteit heeft om deze taak erbij te nemen. Maar anderzijds vindt Van Ark het belangrijk dat het huidige decentralisatieproces, waarbij gemeenten (dichtbij de burger) meer bevoegdheden en verantwoordelijkheden krijgen in het sociale domein, niet teruggedraaid wordt.
Van Ark wil de gemeenten, in samenspraak met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), stimuleren om de uitvoering van de studietoeslag te verbeteren. De wetswijziging zal vanaf 1 januari 2021 gelden, maar Van Ark roept de gemeenten op nu al actief aan de slag te gaan met de verbetering van de uitvoering.