Werk voor mensen met een arbeidsbeperking? Tweesporenbeleid overheid werkt niet!

De overheid wil meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk krijgen. Veel mensen met een beperking willen dat zelf ook, maar vind maar eens geschikt werk! Het tweesporenbeleid van de overheid blijkt helemaal niet te werken. Enerzijds zijn er te weinig arbeidsplaatsen voor mensen met een beperking. Anderzijds blijkt het voor veel arbeidsgehandicapten, ondanks de verlaging van de uitkering, nog steeds niet te lonen om te gaan werken.
Geen financiële prikkel om te werken
Mensen met een arbeidsbeperking die (gedeeltelijk) kunnen werken vallen sinds 2015 onder de Participatiewet. Met de “eigen kracht van mensen” als uitgangspunt biedt de Participatiewet ondersteuning naar werk. Behalve dat werk voor mensen een manier is om sociaal bezig te zijn en zich waardevol te voelen, is het financieel ook aantrekkelijk. Echter niet voor mensen met een arbeidsbeperking, zo blijkt. Uit onderzoek * blijkt namelijk dat als mensen met een arbeidsbeperking (gedeeltelijk) gaan werken, ze er vaak geen cent op vooruitgaan!
En het ziet er niet naar uit dat dat gaat verbeteren, integendeel. Als het kabinet haar plan doorzet om de loonkostensubsidie (de aanvulling die mensen op hun loon krijgen) te vervangen door de loondispensatie, zullen maar liefst zes op de tien jonggehandicapten nooit meer verdienen dan bijstandsniveau! Zelfs niet als ze fulltime werken. Daar komt nog eens bij dat ook hun arbeidsvoorwaarden er flink op achteruitgaan, want in het nieuwe plan wordt (veel) minder pensioen opgebouwd en bouw je ook minder snel WW-rechten op.
Het kabinet heeft ook slecht nieuws voor de groep ‘oude Wajongers’ (degenen die al voor 2015 in de Wajong zaten). Als het UWV heeft vastgesteld dat je in staat bent om te werken, daalt jouw uitkering volgend jaar van 75 procent naar 70 procent van het minimumloon. Dat betekent dat je maandelijks 70 euro minder ontvangt. Voor veel Wajongers betekent dat een aderlating.
Te weinig werk voor mensen met een arbeidsbeperking
Los van het idee dat een daling van de uitkering een prikkel moet vormen om aan het werk te willen gaan, is de realiteit dat er gewoon te weinig werk voor mensen met een beperking voor handen is. En dan hebben we het nog niet eens over ‘passend werk’. Uit eerder onderzoek blijkt dat ruim één op de drie arbeidsgehandicapten ver onder hun niveau moeten werken.
Om de in de Wet Banenafspraak beoogde 125.000 nieuwe banen voor mensen met een arbeidsbeperking tegen 2026 te creëren, zouden er in 2018 in totaal al 33.000 plekken moeten bijkomen. Terwijl het reguliere bedrijfsleven tot nog toe goed op schema ligt, is dat bij overheidswerkgevers wel anders. Voorlopig hebben ze nog een jaar extra gekregen om hun doel te halen, voordat ze sancties opgelegd krijgen. Maar het is maar de vraag of ze met die ‘stok achter de deur’ wel echt het beoogde aantal nieuwe banen gaan realiseren. Bovendien wordt ook wel eens ‘slim gegoocheld’ met cijfertjes. Het gaat bijvoorbeeld niet écht om een nieuwe baan als iemand die in de sociale werkvoorziening aan het werk was nu via detachering bij een reguliere werkgever werkt; al wordt het zo wel in de boeken meegerekend.
Oneerlijk
Van het falen van het tweesporenbeleid, dat de overheid hanteert voor de creatie van werk voor mensen met een beperking, zijn eigenlijk alleen de arbeidsgehandicapten zelf de dupe. Zij voelen de gevolgen van de “financiële prikkels” ongenadig hard in hun portemonnee maar hebben weinig tot geen kansen om echt aan het werk te gaan in een passende baan.
* onderzoek van Regioplan, in opdracht van Ieder(in), MIND Landelijk
Platform Psychische Gezondheid en Patiëntenfederatie Nederland.